Als kind hebben we, strikt genomen, twee behoeftes: exploreren (IK) en verbinden (SAMEN). Aan de ene kant willen we de wereld ontdekken, dingen aanraken en bouwen. Op deze manier ontwikkelen we zelfvertrouwen, onafhankelijkheid en veerkracht: ‘Ik kan’. Maar daarnaast willen we ons verbinden met de mensen om ons heen. Om ons veilig en gesteund te voelen en om te leren over onszelf. We ontvangen dan de boodschap: ‘Ik ben geliefd’. De manier waarop we deze twee behoeftes als kind kunnen ontwikkelen, bepaald hoe we ons later hechten aan de mensen om ons heen. Dat noemen we hechtingsstijl.

 

 

Veilig gehecht
Een kindje met veilige hechting voelt zich gesteund door ouders (/verzorgers) om de wereld te exploreren én voelt zich welkom wanneer het behoefte heeft aan contact.

 

Vermijdend gehecht
Een kindje met vermijdende (onveilige) hechting voelt zich wel gesteund in het exploreren van de wereld, maar niet welkom wanneer het verbinding zoekt met de ouders. Dan kan de overtuiging ontstaan: ‘ik moet voor mezelf zorgen, er is geen steun’. Later in je leven kun je vaak heel veel op eigen kracht, maar mis je het vertrouwen in anderen.

 

Angstig gehecht
Een kindje met angstige (onveilige) hechting heeft vaak ouders die het eng vinden wanneer hun kind zelf wil exploreren. De ouders houden het kind liever dichtbij hen, door eigen angsten/onzekerheden. Later in je leven kun je dan last krijgen van weinig zelfvertrouwen en verlatingsangst; ‘Ik kan het niet zelf’

 

Ambivalent gehecht
Een kindje met ambivalente (onveilige) hechting wordt zowel niet gesteund in het exploreren als niet ontvangen in het verbinden. Later in je leven kun je dat herkennen aan dat je snel verwarrende gevoelens ervaart in contact met anderen; ‘kom niet te dichtbij, ga niet weg’.

 

Chaotisch gehecht
Tot slot is er nog de chaotische (onveilige) hechting. Dit kan ontstaan bij een kind wanneer je ouders/verzorgers constant onvoorspelbaar gedrag laten zien, zoals geweld, angst, hopeloosheid (denk ook aan verslaving). Later in je leven schiet je dan vaak snel in de overlevingsmodus (freeze, flight, fight) en probeer je verbinding te controleren omdat het simpelweg te onveilig is.

 

 

Onze hechtingsstijl is bepalend waarom we doen zoals we doen en ons voelen zoals we ons voelen in contact met anderen, omdat het grotendeels onbewust gebeurd. Zonder bewustzijn blijf je vaak in situaties (=patroon) belanden die jou tekort doen. Wanneer je je bewust wordt en aandacht geeft aan wat er nu precies bij jou gebeurd, ontstaat er ruimte voor nieuwe interactiepatronen. Je patroon ligt dus niet ‘vast’:).

Misschien herken je je in meerdere stijlen, of juist in geen één. Patronen zijn bij elk mens anders en gelukkig maar. De theorie kan je een kader geven om je eigen stijl te onderzoeken.
Klik hier om de carrousel te zien over hechting

 

Neem contact met mij op