Als mens leven we, naast van voeding, ook van energie. Energie hebben we nodig om vooruit te komen, te bewegen en ons vrolijk te voelen. Zonder voelen we ons futloos, zwak of somber. De chakrafilosofie gaat ervan uit dat we als mensen verschillende centra hebben waar deze energie doorheen stroomt en waar we de energie tot uitdrukking brengen. Zo’n centrum heet een chakra. Elke chakra heeft zijn eigen vermogen (bv. liefhebben) en is verbonden aan een plek in je lichaam.
Je chakra’s ontwikkelen zich tijdens je jeugd. De ontwikkeling van je chakra’s is afhankelijk van je opvoeding, impactvolle gebeurtenissen en de cultuur waarin je opgroeit. Hoe je chakra’s zijn ontwikkeld bepaald hoe je omgaat met je levensenergie op verschillende gebieden in je leven. Wanneer een chakra niet voldoende is ontwikkeld of uit balans raakt, kun je klachten krijgen. Je voelt je geblokkeerd, leeg en somber. Of juist veel gespannen en hebt last van bijvoorbeeld eetbuien, woede aanvallen en controle drang. Een chakra kan teveel lading hebben of juist te weinig. Lading noemen we ook wel spanning.
De chakra’s vormen samen een systeem en reageren ook op elkaar.
Vaak als de onderste chakra’s minder sterk ontwikkeld zijn, zijn de bovenste chakra’s juist sterker ontwikkeld en meer geladen. Andersom geldt dat ook. Energie is constant in beweging en daarmee je chakrasysteem ook. Je hebt dus niet voor altijd één soort energiestroom. Maar kijken naar de chakra’s kan wel helpen om bepaalde patronen in je leven te verhelderen. Door o.a. yoga, therapie, ademhalingsoefeningen en bio dynamische oefeningen kun je je lichaam (en je chakra’s) op een gezonde manier leren ont- en opladen.
Klik hier om meer te leren over de verschillende chakra’s.